Aix en Provence

Een van de geliefdste steden bij de Fransen

Uit enquêtes blijkt al jaren dat Aix-en-Provence een van de lievelingssteden is van de Fransen. De voormalige hoofdstad van de Provence is beschaafd, ingetogen en zocht nooit zoveel contact met de rest van de wereld zoals Marseille. Zelfs het station van de hogesnelheidstrein ligt op twintig minuten rijden van de stad. Vreemdelingen zijn welkom, maar ze moeten er wel wat moeite voor doen. Behalve een sfeervolle universiteitsstad, is Aix-en-Provence vooral een chique stad. Je ziet het aan de statige huizen, de vele boekwinkels, antiquariaten en kunstgaleries. Je kunt er uren zonder doel in het centrum rondlopen en maar zien wat voor moois er op je pad komt. In elke straat valt wel iets verrassends te zien: een heilige in een kooitje onder een prachtig gevormd balkon, schitterend vormgegeven deuren, trappen of binnenplaatsen. Men spreekt niet voor niets over les escaliers de vanité d’Aix: de ijdele deuren van Aix. Geen wonder, de stad was eeuwen de hoofdstad van de Provence en het parlement van de Provence zetelde er. Dat weerspiegelt zich nog steeds in het trotse straatbeeld.

Verboden voor plebs

De Cours Mirabeau wordt beschouwd als de mooiste boulevard van Zuid- Frankrijk met zijn platanen, fonteinen en herenhuizen. Aix was de tweede stad in Frankrijk (na Parijs) die in de 17de eeuw zo’n mooie laan ontwierp. De stad kreeg in die tijd de bijnaam ’klein Versailles’ vanwege de deftige wijken en gebouwen. In het begin waren beide toegangswegen van de Cours Mirabeau afgesloten. Alleen de adel en politici mochten naar binnen om er te flaneren. Als een arme stakker zich er vertoonde, kreeg hij een flinke boete. Je ziet hier het standbeeld van roi René (1409- 1480) die behalve koning van Napels ook de laatste heerser over het graafschap Provence was. Hij heeft een tros druiven in zijn hand, want hij was het die de muskaatdruif in de Provence introduceerde. Roi René had als bijnaam le bon roi. Hij was populair want was een gepassioneerde mecenas van dichters, architecten en kunstenaars. Onder zijn leiding werd de stad een bloeiende culturele plaats en is dat altijd gebleven. Na zijn dood kwam de Provence onder centraal Frans bestuur.

Tip

Drink een aperitief in het chique ‘Café les deux garçons’ op de beroemde Cours Mirabeau. Dit was halverwege de 18de eeuw de plek waar politiek geïnteresseerden elkaar ontmoetten. Later werd het een restaurant (gekocht door twee ‘garçons’: obers) met als stamgasten Cézanne, Winston Churchill, Picasso (die aan het einde van zijn leven in het nabijgelegen Vauvenargues woonde), Sartre, Piaf, Delon, Belmondo en Cocteau. Het interieur met de spiegels, pianobar in barokstijl en de buigende obers in smoking is sindsdien weinig veranderd. Café Les Deux Garçons 53, Cours Mirabeau / tel. 04 42 26 00 51.